FZ prestatie-indicatoren: verschil tussen versies
(→Bepalen setting: bepalen setting toegevoegd) |
|||
Regel 258: | Regel 258: | ||
* Juridische maatregel als TBS maatregel wordt gecategoriseerd | * Juridische maatregel als TBS maatregel wordt gecategoriseerd | ||
− | |||
|- | |- | ||
Regel 273: | Regel 272: | ||
|Setting Ambulant wordt toegewezen als een: | |Setting Ambulant wordt toegewezen als een: | ||
− | * Juridische maatregel <u> | + | * Juridische maatregel ''<u>niet</u>'' als TBS maatregel wordt gecategoriseerd & |
* Er ''<u>geen</u>'' declarabele verblijfsdagen met prestatiecode binnen het zorgtraject vallen & | * Er ''<u>geen</u>'' declarabele verblijfsdagen met prestatiecode binnen het zorgtraject vallen & |
Versie van 4 nov 2022 10:13
Inleiding
De prestatie-indicatoren forensische psychiatrie is een set indicatoren met als doel om de kwaliteit van de forensische zorg inzichtelijk te maken.
Definities
Relevante definities
Hieronder staan voor de prestatie-indicatoren psychiatrie relevante definities toegelicht.
Term | Definitie |
---|---|
Beëindigen van de forensische zorgtitel | Het feit dat zorg in het kader van een forensische zorgtitel (ook de TBS-maatregel) eindigt. De overgang naar een andere forensische zorgtitel valt hier niet onder. |
FPC | Met de term FPC wordt bedoeld de patiënten die opgenomen zijn in het kader van TBS met dwangverpleging, al dan niet gemaximeerd (art. 37 a/b, art. 38e). |
Geïndiceerde vervolgzorg | De gewenste vervolgzorg volgens de huidige aanbieder: waar zou de patiënt idealiter naartoe gaan? De geïndiceerde vervolgzorg kan bestaan uit een combinatie van verschillende uitstroomcategorieën. Daardoor kan de teller hoger uitvallen dan de noemer. Het invullen van meerdere uitstroomcategorieën gaat nadrukkelijk om een combinatie van gewenste categorieën en niet om twijfel over de gewenste categorieën. |
Geldige meting | Zie voor de geselecteerde instrumenten en de voorgeschreven meettermijn de tabellen bij indicator 1 en 3. Patiënten die langer dan drie maanden (voor setting FPC 6 maanden) in behandeling zijn, dienen altijd een aantoonbaar geldige meting te hebben met één van de geselecteerde instrumenten die is afgenomen binnen de voor het instrument voorgeschreven meettermijn. Instellingen zijn zelf verantwoordelijk voor de processen, geldige metingen en het periodiek meten. |
Metingen bij overgang naar andere financier of setting | Indien patiënten overgaan naar een andere financier of naar een andere setting binnen het strafrechtelijk kader, mogen geldige metingen worden meegenomen. Een geldige meting is een meting die gedaan is met een instrument dat passend is bij de doelgroep en geldig is volgens de meettermijn van het instrument. |
Peildatum | De specifieke datum waarop gekeken wordt naar het aantal patiënten met een forensische zorgtitel die op dat moment in behandeling waren. De peildatum bepaalt daarmee de waarde van de indicator. |
Reguliere (niet forensische) ambulante behandeling | Bij indicator 2 valt de reguliere ambulante behandeling onder categorie 3 (specialistische GGZ) of categorie 4 (basis GGZ). |
Start behandeling | De eerste declarabele verblijfsdag/ consult met een prestatiecode. |
Vervolgzorg | Zorg binnen de eigen organisatie en behandeling of begeleiding elders, na beëindiging van de strafrechtelijke titel. Deze vervolgzorg wordt dus niet door ForZo/JJI gefinancierd. |
Indicatoren
Hieronder staan de drie indicatoren toegelicht, uitgesplitst in algemeen overzicht, toepassing setting en uitgangspunten, meetinstrumenten en uitstroomcategorieën.
Indicator | Toelichting | |
---|---|---|
1 | Risicotaxatie | Indicator 1 meet het uitvoeren van risicotaxaties bij patiënten. Dit is geoperationaliseerd in het aantal geldige metingen met risicotaxatie-instrumentarium op de peildatum. |
2 | Continuïteit van zorg | Indicator 2 brengt de gewenste vervolgzorg voor de patiënt in kaart ten behoeve van de continuïteit van zorg. Van hulpverleners wordt verwacht dat zij een goed lopend ketentraject voor de patiënt organiseren. Onder continuïteit wordt begrepen een vloeiende overgang van forensische zorg in het kader van een forensische zorgtitel, naar zorg waarbij de forensische zorgtitel is geëindigd. Deze overgang kan zowel plaatsvinden bij de zorgaanbieder zelf als bij een andere zorgaanbieder. Door te registreren waar de vervolgzorg zou moeten plaatsvinden, worden de knelpunten in de continuïteit van zorg beter zichtbaar. |
3 | Ernst van de problematiek | Indicator 3 meet de verandering van de ernst van de problematiek bij patiënten. Dit is geoperationaliseerd in het aantal geldige metingen met instrumentaria voor het meten van de ernst van de problematiek op de peildatum. |
Indicator | Van toepassing voor setting | Niet van toepassing voor setting | Uitgangspunten | |
---|---|---|---|---|
1 | Risicotaxatie | FPC
PPC Klinische zorg overig Ambulante behandeling |
Beschermd wonen/ ambulante begeleiding |
|
2 | Continuïteit van zorg | PPC
Klinische zorg overig Ambulante behandeling Beschermd wonen/ ambulante begeleiding |
FPC |
|
3 | Ernst van de problematiek | FPC
PPC Klinische zorg overig Ambulante behandeling |
Beschermd wonen/ ambulante begeleiding |
|
Indicator | Meetinstrument | Setting | Meettermijn | ||
---|---|---|---|---|---|
Klinisch | Ambulant | ||||
1 | Risicotaxatie | B-SAFER | x | x | 365 dagen |
FARE | x | 183 dagen | |||
HCR-20V3 | x | 365 dagen | |||
HKT-R | x | 365 dagen | |||
SAVRY | x | x | 365 dagen | ||
SRP | x | x | 365 dagen | ||
SSA | x | x | 365 dagen | ||
START | x | x | 123 dagen | ||
START:AV | x | x | 183 dagen | ||
3 | Ernst van de problematiek | BPRS | 365 dagen | ||
DROS | |||||
HoNOS-12 | |||||
IFBE | |||||
IFpBE | |||||
Module 7 van de MATE |
Indicator | Uitstroomcategorie | Toelichting | |
---|---|---|---|
2 | Continuiteit van zorg | 1.1 | Forensische klinische zorg met beveiligingsniveau 3: FPK/FV |
1.2 | Forensische klinische zorg met beveiligingsniveau 2: FPA/FVA | ||
1.3 | Forensische klinische zorg met beveiligingsniveau 1 | ||
2 | Forensische ambulante behandeling (hieronder vallen ook alle vormen van FACT) | ||
3 | Specialistische GGZ | ||
4 | Basis GGZ | ||
5 | Gespecialiseerde zorg verstandelijk gehandicapten:
| ||
6 | (Forensisch) Beschermd wonen (BW) | ||
7 | Maatschappelijke opvang (MO) | ||
8 | Ambulante begeleiding | ||
9 | Anders... (bijvoorbeeld algemene WMO-voorziening) | ||
10 | Geen vervolgzorg nodig |
Totstandkoming
ValueCare levert indicatoren 1 en 3 volledig en voor indicator 2 de noemer.
Voor de totstandkoming van de inzichten in de FZ prestatie-indicatoren gebruikt ValueCare de dataset FZ Prestatie Indicatoren.
Hieronder wordt toegelicht hoe deze tot stand komen en welke normeringen gehanteerd worden.
Bepalen setting
ValueCare bepaalt de setting volgens het onderstaande schema.
Setting | Setting bij: | Toelichting |
FPC | TBS | Setting PFC wordt toegewezen als een:
|
Klinische zorg overig | Verblijfsdagen | Setting Klinische zorg overig wordt toegewezen als een:
|
Ambulant | Consult | Setting Ambulant wordt toegewezen als een:
|
leeg | Anders | Anders |
Exclusies
In de diagrammen hieronder is te zien dat de totstandkoming exclusies bevat. ValueCare doet deze exclusies voor indicator 1 en 3 op basis van de VEKTIS Codelijst voor forensische zorgtitels (zie https://www.vektis.nl/standaardisatie/codelijsten/COD706-MVJ).
De exclusies past ValueCare als volgt toe:
t1.forensische_zorgtitel_code <> '146' | exclusie van verdiepingsdiagnostiek |
t1.forensische_zorgtitel_code NOT IN ('140','240') | exclusie van poliklinische verrichtingen door de GGZ in het gevangeniswezen |
t1.forensische_zorgtitel_code NOT IN ('130','230') | exclusie van schorsing voorlopige hechtenis met voorwaarden |
Waarbij, zoals hierboven te zien is, gebruik wordt gemaakt van de relevante codes.
Indicator 1
Hieronder is het stappenplan voor de totstandkoming van indicator 1 gevisualiseerd, gevolgd door de relevante normering.
Stappenplan
Normering
Voor de aanlevering van deze indicator worden door ForZo/JJl in 2002 de onderstaande normeringen gehanteerd:
Setting | Normering |
---|---|
FPC | 80% |
PPC | 75% |
Klinische zorg overig | 70% |
Ambulante behandeling | 65% |
Indicator 2
Het is niet mogelijk om de exclusie voor indicator 2 (terugplaatsing naar penitentiaire instelling) uit de data af te leiden. Deze exclusie wordt daarom niet toegepast.
Indicator 3
Hieronder is het stappenplan voor de totstandkoming van indicator 3 gevisualiseerd, gevolgd door de relevant normering.
Stappenplan
Normering
Setting | Normering |
---|---|
FPC | 60% |
PPC | 60% |
Klinische zorg overig | 60% |
Ambulante behandeling | 60% |
Toepassing
KPI's en dashboards
Voor de FZ prestatie-indicatoren biedt ValueCare dashboard FZ - Prestatie-indicatoren
aan in het portaal.
Deze is te vinden onder Meer dashboards > FZ > FZ - Prestatie-indicatoren.
Zie hieronder een overzicht van de tegels met toelichting:
Dashboard | Tegel | Toelichting |
---|---|---|
FZ - Prestatie-indicatoren | Aantal geldige metingen met risiscotaxatie-instrumentarium per aanvangsdatum DBBC | Aantal cliënten met een geldige meting per maand |
Aantal geldige metingen met risicotaxatie-instrumentarium per setting | Aantal cliënten met een geldige meting per setting | |
Aantal geldige metingen met instrumentaria voor het meten van de ernst van de problematiek per setting | Aantal cliënten met een geldige meting per setting | |
Aantal geldige metingen met instrumentaria voor het meten van de ernst van de problematiek per aanvangsdatum DBBC | Aantal clienten met een geldige meting per maand | |
Prestatie-indicator 2: Continuïteit van zorg | Indicator 2 brengt de gewenste vervolgzorg voor de patiënt in kaart ten behoeve van de continuïteit van zorg. Dit rapport selecteert cliënten waarvoor vervolgzorg gerapporteerd dient te worden. Leidend is het jaar van de peildatum. Voor dit jaar worden de cliënten geselecteerd met een forensische zorgtitel bij wie de forensische zorgtitel is geëindigd tijdens de behandeling/begeleiding bij de aanbieder.
We interpreteren "tijdens de behandeling/begeleiding" als volgt: de juridische maatregel is beëindigd tijdens de looptijd van een ZPM-FZ zorgtraject. N.B: we kunnen momenteel niet uit de bron opmaken welke cliënten zijn teruggeplaatst naar penitentiaire inrichting (noemer stap 2), noch wat de geïndiceerde vervolgzorg is geweest (teller stappen 1 en 2) |