Parallelliteit – Dubbelzijdigheid (N4110)
Referentienummer: N4110
Behoort tot Normenkader ValueCare
Gecertificeerde controles
- Circa 300 gecertificeerde controles - Volledigheid - Subtraject verwacht op basis van een subtraject (R06810)
Ziekenhuizen Volledigheid
Samenvatting
Bij parallelliteit bij dubbelzijdige aandoeningen worden alleen twee zorgtrajecten geopend indien sprake is van een operatieve behandeling aan beide zijden en de combinatie van beide identieke diagnosen niet voorkomt in de diagnose-combinatietabel (te raadplegen via http://werkenmetdbcs.nza.nl).
Regelgeving / beleid
oud |
---|
Een zorgtraject met subtraject ZT11 wordt door de poortspecialist geopend indien de patiënt van buiten de instelling (extern) of vanuit de eigen instelling (intern) bij een poortspecialisme (ook op de SEH) komt met een reguliere of spoedeisende zorgvraag waar nog geen zorgtraject voor is geopend, of waarvan de behandeling of diagnostiek niet past binnen de context van een bestaande zorgvraag waar reeds een zorgtraject voor bestaat.
2015: NR/CU-260 art 8.1
Een klinisch of niet-klinisch operatief subtraject met een diagnose die niet, in combinatie met zich zelf, voorkomt in de Diagnose Combinatie Tabel en een operatieve (42-dagenregel) zorgactiviteit wordt volgens de algemene regels afgesloten, tenzij er een tweede operatieve (42-dagenregel) zorgactiviteit wordt uitgevoerd bij een dubbelzijdige aandoening waarvoor geen dubbelzijdig product bestaat, dan wordt op de dag van uitvoering van de tweede ZA een tweede parallel zorgtraject geopend voor deze tweede ingreep en wordt het eerste zorgtraject op de 42e dag na de datum van de eerste zorgactiviteit afgesloten met als afsluitreden 06. N.B.: Afsluitreden 06 sluit niet helemaal aan bij de omschrijving, maar is voor nu het meest passend. Opmerking: 1. In geval van een dubbelzijdige aandoening waarvoor een dubbelzijdig zorgproduct bestaat (dus één zorgtraject), gelden de algemene afsluitregels (zie de Regeling medisch specialistische zorg) 2. Indien de tweede operatieve (42-dagenregel) zorgactiviteit een heroperatie is, betreft het eenzelfde zorgvraag en mag geen nieuw zorg/subtraject worden geopend Technische uitwerking Registratieregel 1.0000.7 is niet automatiseerbaar, deze moet worden ondersteund door een administratieve procedure die moet voldoen aan de onderstaande voorwaarden. 1. De diagnose mag voor het betreffende specialisme niet in combinatie met zichzelf voorkomen in de Diagnosecombinatie tabel. Daarnaast zijn de voorwaarden van kracht die gelden voor parallelliteit bij verschillende diagnosen. 2. Het parallelle zorgtraject betreft, aantoonbaar vanuit het dossier, een nieuwe zorgvraag. 3. Het parallelle zorgtraject is nodig voor diagnostiek en behandeling. 4. Het subtraject van het parallelle zorgtraject heeft een zorgprofiel met eigen ZA’s met minimaal 1 ZA uit ZPK1, ZPK2, ZPK3 of een ZA uit de lijst operatieve (42-dagenregel zorgactiviteiten) verrichtingen (bijlage 42-dagenregel zorgactiviteiten), of een ZA uit één van de groepen chronische thuisbeademing,of chronische dialyse, of verstrekking van oncologische medicatie per infuus of per injectie, of een zorgactiviteit voor gespecialiseerde technieken voor fertiliteitsbehandelingen, of minimaal één specifieke audiologie zorgactiviteit (190702 t/m 190781) waarbij sprake is van een nieuwe, separate zorgvraag en substantiële meerkosten, of ZA 039898, of ZA 039676. Voor parallelliteit met gelijke diagnosen (zie bovenstaande beslisregel) geldt bovenop de punten 1 tot en met 4: 5. De 1e ZA uit de groep operatieve verrichtingen (42-dagenregel zorgactiviteiten) en de 2e ZA uit de groep operatieve verrichtingen (42-dagenregel zorgactiviteiten) zijn de ZA' s die worden uitgevoerd ter behandeling van de dubbelzijdige aandoening. 6. Het betreft een dubbelzijdige aandoening waarvoor geen dubbelzijdig product bestaat. 7. De tweede ZA betreft geen heroperatie. Registratieaddendum RZ17b |
2017 |
---|
Een zorgtraject met subtraject ZT11 wordt door de beroepsbeoefenaar die de poortfunctie uitvoert geopend indien de patiënt van buiten de instelling (extern) of vanuit de eigen instelling (intern) bij een specialisme (ook op de SEH) komt met een reguliere of spoedeisende zorgvraag waar nog geen zorgtraject voor is geopend, of waarvan de behandeling en diagnostiek niet passen binnen de context van een bestaande zorgvraag waar reeds een zorgtraject voor bestaat.
2017: NR/REG-1732 art. 5 lid 1 Bij parallelliteit bij dubbelzijdige aandoeningen worden alleen twee zorgtrajecten geopend indien sprake is van een operatieve behandeling aan beide zijden en de combinatie van beide identieke diagnosen niet voorkomt in de diagnose-combinatietabel (te raadplegen via http://werkenmetdbcs.nza.nl). |
2018 |
---|
Een zorgtraject met subtraject ZT11 wordt door de beroepsbeoefenaar die de poortfunctie uitvoert geopend indien de patiënt van buiten de instelling (extern) of vanuit de eigen instelling (intern) bij een specialisme (ook op de SEH) komt met een reguliere of spoedeisende zorgvraag waar nog geen zorgtraject voor is geopend, of waarvan de behandeling en diagnostiek niet passen binnen de context van een bestaande zorgvraag waar reeds een zorgtraject voor bestaat. Een subtraject met ZT11 bevat ten minste één fysiek face-to-face contact tussen de beroepsbeoefenaar die de poortfunctie uitvoert en de patiënt. Voor klinische genetica geldt een uitzondering op deze regel: in plaats van een fysiek face-to-face contact kan hiervoor ook een screen-to-screen consult plaatsvinden. Ook voor hartteambespreking en longteambespreking geldt dat er geen face-to-face contact hoeft plaats te vinden, er is hierbij namelijk geen contact met de patiënt.
2018: NR/REG-1816 art. 5 lid 1 Bij parallelliteit bij dubbelzijdige aandoeningen worden alleen twee zorgtrajecten geopend indien sprake is van een operatieve behandeling aan beide zijden en de combinatie van beide identieke diagnosen niet voorkomt in de diagnose-combinatietabel (bijlage 7 van deze regeling). |
2019 |
---|
Een zorgtraject met subtraject ZT11 wordt door de beroepsbeoefenaar die de poortfunctie uitvoert geopend indien de patiënt van buiten de instelling (extern) of vanuit de eigen instelling (intern) bij een specialisme (ook op de SEH) komt met een reguliere of spoedeisende zorgvraag waar nog geen zorgtraject voor is geopend, of waarvan de behandeling en diagnostiek niet passen binnen de context van een bestaande zorgvraag waar reeds een zorgtraject voor bestaat. Een subtraject met ZT11 bevat ten minste één fysiek face-to-face contact tussen de beroepsbeoefenaar die de poortfunctie uitvoert en de patiënt. Voor klinische genetica geldt een uitzondering op deze regel: in plaats van een fysiek face-to-face contact kan hiervoor ook een screen-to-screen consult plaatsvinden. Voor radiotherapie is geen face-to-face contact vereist indien sprake is van een parallel subtraject zoals omschreven in artikel 19 lid 13 onder b van deze regeling. Subtrajecten met ZT11 voor audiologie bevatten ten minste één fysiek face-to-face contact in de volgende gevallen:
Voor hartteambespreking en longteambespreking geldt dat er geen face-to-face contact hoeft plaats te vinden, er is hierbij namelijk geen contact met de patiënt. 2019: NR/REG-1907a art. 5 lid 1 Bij parallelliteit bij dubbelzijdige aandoeningen worden alleen twee zorgtrajecten geopend indien sprake is van een operatieve behandeling aan beide zijden en de combinatie van beide identieke diagnosen niet voorkomt in de diagnose-combinatietabel (bijlage 7 van deze regeling). |
2020 |
---|
Een zorgtraject met subtraject ZT11 wordt door de beroepsbeoefenaar die de poortfunctie uitvoert geopend indien de patiënt zich meldt met een nieuwe zorgvraag bij een instelling. Voor deze zorgvraag is bij het betreffende specialismen binnen deze instelling nog geen zorgtraject geopend. Dit blijkt uit het medisch dossier.
2020: NR/REG-2001a art. 5 lid 1 Een parallel zorgtraject met eenzelfde diagnosetypering mag worden geopend indien sprake is van een dubbelzijdige aandoening waarbij binnen de looptijd van een subtraject aan beide zijde een zorgactiviteit wordt uitgevoerd die voorkomt in bijlage 1 bij het registratieaddendum (42dagenregel zorgactiviteiten). De combinatie van diagnosen mag hierbij niet voorkomen in de diagnose-combinatietabel (bijlage 7). |
Interpretaties
De volgende interpretatiekeuzes zijn gemaakt:
- Op basis van het dossier dient vastgesteld te worden of de dubbel geregistreerde zorgactiviteit een operatie van de andere zijde of een heroperatie betreft. Wanneer het een heroperatie betreft mag er geen extra subtraject geopend worden en kan de actie genegeerd te worden.
- Middels een klantspecifieke parameter is het mogelijk een combinatie diagnose-specialisme uit te sluiten, default wordt de combinatie diagnose B41 (overige begeleiding partus) voor Gynaecologie uitgesloten.
- Middels een klantspecifieke parameter is het mogelijk om specialismen uit te sluiten, default worden gynaecologie en anaesthesiologie uitgesloten.
- Middels een klantspecifieke parameter is het mogelijk om een combinatie specialisme-diagnose-zorgactiviteit uit te sluiten.
- Middels een klantspecifieke parameter kan ingesteld worden of er naar verschillende kalenderdagen gekeken wordt of ook naar dubbele verrichtingen op dezelfde kalenderdag. De default inrichting kijkt naar verschillende kalenderdagen, omdat de verwachting is dat een dubbelzijdige operatie verdeeld wordt over meerdere zittingen (kalenderdagen).
- Een dubbelzijdige aandoening waarvoor geen dubbelzijdig zorgproduct bestaat wordt als volgt bepaald:
- A.Alle subtrajecten met een diagnose die voor het betreffende specialisme niet in combinatie met zichzelf voorkomen in de Diagnosecombinatie tabel.
- B.De omschrijving van het zorgproduct waarnaar de DBC afleidt, bevat niet de term "dubbel".
- Wanneer er een niet-leeg parallel subtraject aanwezig is met dezelfde diagnose wordt er alleen gesignaleerd wanneer beide subtrajecten een begindatum hebben vanaf de signaleringsdatum van de norm. Hiervoor is gekozen zodat er geen mutaties plaatsvinden aan subtrajecten met een begindatum voor de signaleringsdatum.
Programmeerbare norm
Er is sprake van “Parallelliteit – Dubbelzijdigheid (N4110)” als aan de volgende selectie is voldaan:
Logica: 1 en 2 en 3 en 4 en 5
Te nemen actie
Indien parallel subtraject aanwezig:
Omhangen tweede operatieve zorgactivteit naar parallel subtraject
Indien geen parallel subtraject aanwezig:
Openen nieuwe DBC voor tweede operatieve zorgactiviteit
Berekening financiële impact
Indien parallel subtraject aanwezig:
Verschil in waarde subtrajecten na omhangen tweede operatieve zorgactiviteit naar parallel subtraject.
Indien geen parallel subtraject aanwezig:
Waarde nieuwe DBC rekening houdend met wijziging in waarde van het huidige subtraject na omhangen operatieve zorgactiviteit.