Kindergeneeskunde - Registratie voldoet aan de eisen van medebehandeling, zorgactiviteit niet vastgelegd (N4665)
Referentienummer: N4665
Behoort tot Normenkader ValueCare
Ziekenhuizen Volledigheid
Samenvatting
Deze norm signaleert acties wanneer er sprake is van een opname van een patiënt < 2 jaar oud en een ander specialisme dan kindergeneeskunde, zonder dat er een medebehandeling kindergeneeskunde aanwezig is. Dit duidt er op dat een medebehandeling geregistreerd mag worden in een reguliere DBC/subtraject.
Deze norm is bedoeld voor ziekenhuizen met het intern beleid om patiënten tot een bepaalde leeftijd die opgenomen zijn voor een ander specialisme altijd door kindergeneeskunde mee te laten behandelen.
Regelgeving / beleid
2017 |
---|
Een zorgtraject met subtraject ZT11 wordt door de beroepsbeoefenaar die de poortfunctie uitvoert geopend indien de patiënt van buiten de instelling (extern) of vanuit de eigen instelling (intern) bij een specialisme (ook op de SEH) komt met een reguliere of spoedeisende zorgvraag waar nog geen zorgtraject voor is geopend, of waarvan de behandeling en diagnostiek niet passen binnen de context van een bestaande zorgvraag waar reeds een zorgtraject voor bestaat.
2017: NR/REG-1732 art. 5 lid 1 Medebehandeling (190017) |
2018 |
---|
Een zorgtraject met subtraject ZT11 wordt door de beroepsbeoefenaar die de poortfunctie uitvoert geopend indien de patiënt van buiten de instelling (extern) of vanuit de eigen instelling (intern) bij een specialisme (ook op de SEH) komt met een reguliere of spoedeisende zorgvraag waar nog geen zorgtraject voor is geopend, of waarvan de behandeling en diagnostiek niet passen binnen de context van een bestaande zorgvraag waar reeds een zorgtraject voor bestaat. Een subtraject met ZT11 bevat ten minste één fysiek face-to-face contact tussen de beroepsbeoefenaar die de poortfunctie uitvoert en de patiënt. Voor klinische genetica geldt een uitzondering op deze regel: in plaats van een fysiek face-to-face contact kan hiervoor ook een screen-to-screen consult plaatsvinden. Ook voor hartteambespreking en longteambespreking geldt dat er geen face-to-face contact hoeft plaats te vinden, er is hierbij namelijk geen contact met de patiënt.
2018: NR/REG-1816 art. 5 lid 1 Medebehandeling (190017) |
2019 |
---|
Een zorgtraject met subtraject ZT11 wordt door de beroepsbeoefenaar die de poortfunctie uitvoert geopend indien de patiënt van buiten de instelling (extern) of vanuit de eigen instelling (intern) bij een specialisme (ook op de SEH) komt met een reguliere of spoedeisende zorgvraag waar nog geen zorgtraject voor is geopend, of waarvan de behandeling en diagnostiek niet passen binnen de context van een bestaande zorgvraag waar reeds een zorgtraject voor bestaat. Een subtraject met ZT11 bevat ten minste één fysiek face-to-face contact tussen de beroepsbeoefenaar die de poortfunctie uitvoert en de patiënt. Voor klinische genetica geldt een uitzondering op deze regel: in plaats van een fysiek face-to-face contact kan hiervoor ook een screen-to-screen consult plaatsvinden. Voor radiotherapie is geen face-to-face contact vereist indien sprake is van een parallel subtraject zoals omschreven in artikel 19 lid 13 onder b van deze regeling. Subtrajecten met ZT11 voor audiologie bevatten ten minste één fysiek face-to-face contact in de volgende gevallen:
Voor hartteambespreking en longteambespreking geldt dat er geen face-to-face contact hoeft plaats te vinden, er is hierbij namelijk geen contact met de patiënt. 2019: NR/REG-1907a art. 5 lid 1 Medebehandeling (190017) |
2020 |
---|
Een zorgtraject met subtraject ZT11 wordt door de beroepsbeoefenaar die de poortfunctie uitvoert geopend indien de patiënt zich meldt met een nieuwe zorgvraag bij een instelling. Voor deze zorgvraag is bij het betreffende specialismen binnen deze instelling nog geen zorgtraject geopend. Dit blijkt uit het medisch dossier.
2020: NR/REG-2001a art. 5 lid 1 Medebehandeling (190017) |
Interpretaties
De volgende interpretatiekeuzes zijn gemaakt:
- Voor deze norm dient getoetst te worden of deze overeen komt met het intern beleid van het ziekenhuis, voordat deze in gebruik genomen kan worden. Daarnaast dient altijd middels dossiercontrole vastgesteld te worden dat er daadwerkelijk medebehandeling door een kinderarts heeft plaatsgevonden.
- Klinische opnames voor Gynaecologie worden ook niet meegenomen in deze norm, omdat bij patiënten jonger dan 2 jaar het hier (vaak) gaat om een gezonde zuigeling.
- Per ziekenhuis kan het verschillend zijn tot welke leeftijd van een patiënt een kinderarts standaard in medebehandeling wordt geroepen bij een opname voor een ander specialisme. Daarom is het middels een ziekenhuisspecifieke parameter instelbaar tot welke leeftijd (in maanden) patiënten worden gesignaleerd. Default is deze ingesteld op 2 jaar (24 maanden).
- Middels een ziekenhuisspecifieke parameter is het mogelijk om acties uit te sluiten indien er wel een zorgactiviteit medebehandeling van kindergeneeskunde is geregistreerd, maar er geen regulier subtraject voor kindergeneeskunde is vastgelegd. Default worden deze acties wel getoond.
- Middels een ziekenhuisspecifieke parameter is het mogelijk om de subtrajecten uit stap 3 van de programmeerbare norm uit te breiden naar andere zorgtypen. Standaard worden alleen reguliere subtrajecten (zorgtype 11) gesignaleerd.
- Middels een ziekenhuisspecifieke parameter is het mogelijk om acties uit te sluiten indien een parallel subtraject van kindergeneeskunde aanwezig is (ongeacht zorgtype of diagnose) met een startdatum voor en een sluitdatum na de klinische opname. Standaard worden parallelle subtrajecten van kindergeneeskunde geopend voor de klinische opname niet uitgesloten van signalering.
- Middels een ziekenhuisspecifieke parameter kan ervoor gekozen worden om bij alle normen onder de R06801 te vertragen op de ontslagdatum. Default wordt er vertraagd op basis van de opnamedatum en staat de vertraging op 0 dagen. Het vertragen op ontslagdatum zorgt ervoor dat signaleringen waarbij de ontslagdatum niet gevuld is of onbekend is ook uitgesloten worden.
Programmeerbare norm
Er is sprake van “Kindergeneeskunde - Registratie voldoet aan de eisen van medebehandeling, zorgactiviteit niet vastgelegd (N4665)” als aan de volgende selectie is voldaan:
Logica: 1 en 2 en 3 en 4
Te nemen actie
Registreer subtraject en zorgactiviteit medebehandeling kindergeneeskunde.
Berekening financiële impact
Waarde van een nieuwe DBC met diagnose 8912 'Medebehandeling' van kindergeneeskunde met één zorgactiviteit 190017 'medebehandeling'. Indien de zorgactiviteit medebehandeling aanwezig is in de DBC van een ander specialisme dan kindergeneeskunde dan wordt de waarde verandering van het verwijderen van de medebehandeling uit die DBC meegenomen.