Gynaecologie - Openen subtraject op basis van zorgactiviteit in vervolgsubtraject bevalling (N4180): verschil tussen versies
Regel 14: | Regel 14: | ||
===== Regelgeving / beleid ===== | ===== Regelgeving / beleid ===== | ||
− | {| class="mw-collapsible wikitable" style="width:90em" | + | {| class="mw-collapsible mw-collapsed wikitable" style="width:90em" |
|- | |- | ||
! 2019 | ! 2019 | ||
Regel 36: | Regel 36: | ||
2020: [[NR/REG-2001a#page16|NR/REG-2001a art. 5 lid 4c]] | 2020: [[NR/REG-2001a#page16|NR/REG-2001a art. 5 lid 4c]] | ||
+ | |} | ||
+ | |||
+ | {| class="mw-collapsible wikitable" style="width:90em" | ||
+ | |- | ||
+ | ! 2021 | ||
+ | |- | ||
+ | |Er wordt geen parallel zorgtraject geopend:<br/>Binnen het specialisme gynaecologie voor eenzelfde fase tijdens één zwangerschap (fasen: zwangerschap, bevalling en kraambed), met uitzondering van de fase voor kraambed indien zich een postnatale depressie voordoet na postnatale complicaties. | ||
+ | |||
+ | 2021: [[NR/REG-2103a#page18|NR/REG-2103a art. 5 lid 4c]] | ||
|} | |} | ||
Versie van 4 mrt 2021 16:34
Referentienummer: N4180
Behoort tot Normenkader ValueCare
Ziekenhuizen Volledigheid
Samenvatting
Deze norm signaleert acties wanneer er een typerende verrichting uit een andere zorgprofielklasse dan ZPK1 en ZPK12 of meer dan 1 verrichting uit ZPK1 wordt geregistreerd in een vervolgtraject (ZT21) van een ZT11 met een B diagnose. In deze situatie is een nieuw zorgtraject (diagnose beginnend met G of K) van toepassing, door deze aanpassing leidt het zorgtraject anders af.
Regelgeving / beleid
2019 |
---|
Het specialisme gynaecologie onderscheidt drie fasen voor obstetrie: zwangerschap (Z11 t/m Z41), bevalling (B11 t/m B41) en kraambed (K23 t/m K25). Het is niet toegestaan om tijdens één zwangerschap parallelle zorgtrajecten te registreren voor eenzelfde fase. Hierop geldt een uitzondering voor de fase van kraambed indien zich een postnatale depressie (K25) voordoet na postnatale complicaties (K23, K24). Het is niet toegestaan om naast de fase bevalling (B11 t/m B41) een parallel zorgtraject voor postnatale complicaties (K23, K24) te registreren. Bij een nieuwe zwangerschap mag een parallel zorgtraject worden geopend.
2019: NR/REG-1907a art. 5a lid 8
2019: Wijzigingen dbc-release RZ19b v20180920 art. 3.3 lid 3.3.1 |
2020 |
---|
Er wordt geen parallel zorgtraject geopend:
|
2021 |
---|
Er wordt geen parallel zorgtraject geopend: Binnen het specialisme gynaecologie voor eenzelfde fase tijdens één zwangerschap (fasen: zwangerschap, bevalling en kraambed), met uitzondering van de fase voor kraambed indien zich een postnatale depressie voordoet na postnatale complicaties. |
Interpretaties
De volgende interpretatiekeuzes zijn gemaakt:
- Een typerende zorgactiviteit wordt gedefinieerd als een zorgactiviteit met een zorgprofielklasse ongelijk aan 7, 8, 9, 10, 11, 15, 17, 89 en 99.
- Middels een ziekenhuisspecifieke parameter is het mogelijk om extra CTG-codes toe te voegen die tot een signalering moeten leiden.
- Wanneer de N4060 dezelfde status (test of productie) heeft als de N4180 worden acties op de N4060 uitgesloten van signalering op de N4180. Dit om dubbele acties te voorkomen.
- Middels een ziekenhuisspecifieke parameter is het mogelijk om in te stellen hoeveel ZPK 1 zorgactiviteiten moeten leiden tot een signalering.
Programmeerbare norm
Er is sprake van “Gynaecologie - Openen subtraject op basis van zorgactiviteit in vervolgsubtraject bevalling (N4180)” als aan de volgende selectie is voldaan:
Logica: 1 en 2a en 2b
Te nemen actie
Open een nieuw zorgtraject met een G of K diagnose
Berekening financiële impact
Er wordt een nieuwe DBC geopend met de gesignaleerde zorgactiviteiten uit de B41. Het verschil in waarde tussen de huidige DBC na het verwijderen van de zorgactiviteiten en de nieuwe DBC met toegevoegde zorgactiviteiten is de financiële impact.
De simulatie van de nieuwe DBC doen we op basis van de volgende aannames:
1. Wanneer we signaleren vanwege zorgactiviteiten 037191, 037901 en 037170 dan openen we een nieuwe dbc met diagnose K24.
2. Wanneer we signaleren vanwege een ander zorgactiviteit dan gebruiken we de meest gebruikte diagnose voor die zorgactiviteit.
3. Wanneer we stap 2 niet kunnen uitvoeren (niet voldoende data beschikbaar) dan gaan we standaard uit van een G11.